Direct naar artikelinhoud
Werkweek

Meer werken? Sommige zorgmedewerkers willen best, maar krijgen de kans niet, ziet FNV

In de thuiszorg draaien medewerkers geregeld diensten van 4 tot 6 uur per dag. Meer uren werken kan niet altijd.Beeld Roos Pierson

Wie meer uren per week wil werken, krijgt van de werkgever niet altijd de kans dat ook te doen. Ook niet in krappe sectoren als de zorg of het openbaar vervoer. Dat concludeert vakbond FNV na onderzoek onder 16.500 leden.

Zo’n twintig procent van de ondervraagde leden zei de afgelopen vijf jaar bij de werkgever te hebben gevraagd om meer uren. Toch werd 44 procent van die aanvragen niet, of slechts ten dele gehonoreerd. Volgens de FNV komt dat doordat werkgevers kleine contracten willen behouden, zodat ze flexibel kunnen roosteren.

Onder meer in de thuiszorg en de gehandicaptenzorg is het gebruikelijk dat mensen diensten draaien van 4 tot 6 uur, tijdens de piekuren. ’s Ochtends wanneer iedereen gewassen en aangekleed wil worden zijn immers veel meer mensen nodig dan gedurende de middag.

“We zien dat er mensen zijn die best 32 of 36 uur per week zouden willen werken, maar niet als ze daarvoor nog meer dagen moeten komen”, zegt Daniëlle van Essen, woordvoerder FNV Zorg en Welzijn. “Eigenlijk willen ze naar een 8-urige werkdag, maar die kans krijgen ze niet.”

Tegen de zin een contract met een beperkt aantal uren

FNV pleit er bij werkgevers dan ook voor om creatiever te kijken naar hoe het werk verdeeld kan worden over de dag. Ook Actiz, koepelorganisatie van werkgevers in onder meer de thuiszorg, benadrukt in reactie op het FNV-onderzoek dat het van belang is zorgmedewerkers die meer willen werken de kans te geven dat ook te doen. Volgens de brancheorganisatie kunnen werkgevers bijvoorbeeld diensten op elkaar laten aansluiten, waardoor het mogelijk wordt meer uren op een dag te werken. “We hebben iedereen hard nodig om zorg te verlenen aan hen die dat nodig hebben”, aldus Actiz.

Manon van Hoof kreeg in de gehandicaptenzorg niet meer uren en zocht er dus maar een tweede baan bij. Dat werd Staalidee, een bedrijf dat onder meer industriële meubels maakt.Beeld Bart Kamphuis , NOS

Overigens speelt het probleem niet alleen in de zorg. Ook in de vervoerssector krijgen werknemers soms tegen hun zin een contract met een beperkt aantal uren per dag of per week. De FNV onderzoekt zelfs of het mogelijk is om een rechtszaak aan te spannen tegen Arriva. Dat vervoersbedrijf zou wel uitzendkrachten inhuren voor volle werkweken, maar eigen chauffeurs niet meer uren bieden.

Toch zit lang niet iedere werknemer te wachten op extra uren. Van de ondervraagde leden zegt 77 procent niet meer uren te willen of kunnen werken. Ze kunnen het fysiek niet aan, of vrezen dat het niet te combineren is met de zorg voor kinderen. Ook de werkdruk speelt een rol. Negen op de tien ondervraagden zegt die hoog te vinden, onder meer vanwege personeelstekorten. Van Essen: “Dat is natuurlijk ook een duidelijk signaal.”

Manon van Hoof: ‘Ik moest soms zeven dagen werken om de 28 uur die in mijn contract stond te halen'.

Manon van Hoof (30) kreeg in de gehandicaptenzorg niet meer uren, en zocht een tweede baan

Al vanaf haar zestiende werkt Manon van Hoof (30) in de zorg. Eerst als bijbaantje naast haar school. “Toen ik afstudeerde wilde ik vast gaan werken. Ik wilde ook gelijk veel uren werken, want uiteindelijk wil je toch een keer een hypotheek. Maar als ik aan mijn werkgever vroeg om een groter contract, kreeg ik te horen: dat kan niet.”

Van Hoof werkt in de gehandicaptenzorg in de regio Brabant. Eerst werkte ze ‘op de woning’, zoals dat heet en begeleidde ze haar cliënten bij het douchen, aankleden en eten. Soms werkte ze maar een paar uur per dag, alleen tijdens piekuren. “Daardoor moest ik soms zeven dagen werken om de 28 uur die in mijn contract stond te halen”, zegt ze. “Ik kon wel plusuren (overuren, red.) krijgen, maar structureel een groter contract mocht ik niet.” Dat wil ze wel graag, want met haar overuren bouwt ze geen pensioen op. En hoe vaak ze ook extra werkt, als ze ziek zou worden krijgt ze maar voor 28 uur salaris. 

Inmiddels komt Van Hoof als begeleider bij mensen thuis en heeft ze iets meer regie over haar eigen agenda. Maar meer uren per week werken blijft lastig. “Ik meld me nooit ziek, alleen een keer toen ik corona had. Maar toen ik vroeg om een groter contract kreeg ik te horen: wat als je ziek wordt, dan hebben we meteen een groot gat in het rooster.” 

‘Nu wil ik de extra uren waarschijnlijk niet meer’

Van Hoof besloot daarom maar zelf een bijbaan te zoeken. Ze ging bij Staalidee aan de slag. Een bedrijf dat onder meer industriële meubels maakt. “Ook daar hebben ze te maken met een personeelstekort. Ik zei: volgens mij kunnen mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt dit werk ook doen. Eerst durfden ze dat niet zo aan, maar omdat ik ervaring heb ik de zorg zeiden ze op een gegeven moment: oké als jij ons kunt coachen in hoe we omgaan met medewerkers met een verstandelijke beperking, dan doen we het.”

Nu combineert Van Hoof dus haar werk in de zorg met haar werk bij ‘rauwdouwbedrijf’ Staalidee, waar ze ook haar collega’s begeleidt. Het bevalt goed. Zo goed dat ze, nu de zorgorganisatie waar ze werkt eindelijk meer uren biedt, twijfelt of ze die nog wel wil. “Mijn beeld was altijd: ik blijf tot mijn pensioen met plezier in de gehandicaptenzorg werken. Maar nu denk ik: jullie hebben zoveel kansen gehad. Waarom kan het nu ineens wel?”

Lees ook:

Waarom we niet massaal op zoek gaan naar die andere, leukere baan

Als er ooit een moment was om van baan te veranderen dan is dat nu. Toch gaan werknemers niet massaal op zoek naar een nieuwe baan. ‘Het oude denken over werk verdwijnt, maar het nieuwe is er nog niet.’